Zangeres Ellen ten Damme en acteur Huub Stapel hebben enkele jaren geleden in reclameboodschappen voor een verzekeringsmaatschappij gespeeld

Peter heeft ook een stukje geschreven over de afgelopen weken, en dank hiervoor. De tekst volgt hieronder:

Zangeres Ellen ten Damme en acteur Huub Stapel hebben enkele jaren geleden in reclameboodschappen voor een verzekeringsmaatschappij gespeeld. De tv-spotjes voor Zwitserleven zijn indertijd in Australië gemaakt. In een daarvan varen de zangeres en acteur in de haven van Sydney. Op de achtergrond Harbour Bridge en Opera House. Uiteraard staat de zon hoog aan de hemel. Stapel heeft een mobieltje in de hand en vraagt langs zijn neus weg aan Ten Damme: “Weet jij hoe laat het is in Nederland?” In een ander spotje rijden de twee door de outback als ze een aboriginal langs de kant van de weg zien. De zangeres stapt de auto uit om hem te vragen welke dag van de week het is. Als ze even later terug is, zegt ze tegen Stapel: “Hij heeft geen idee.” Of de verzekeraar dankzij de spotjes meer lijfrentepolissen heeft verkocht, is niet bekend. Wel is duidelijk dat je in Australië elk gevoel voor tijd verliest. Down Under kun je alleen maar gelukkig zijn, is de boodschap: het ‘Zwitserlevengevoel’.
Intussen hebben Koen – die me de kans geeft deze bijdrage aan zijn blog te leveren – en ik dat gevoel aardig te pakken. En kunnen we iedereen in Nederland verzekeren dat het bitter tegenvalt. Het is hier zeker geen paradijs. En die Australiërs zijn eigenlijk maar nare mensen. Zo moet je als je in Sydney de bus neemt goed oppassen dat niet iedereen zich me je bemoeit. Dat is een van ons onlangs overkomen. De buschauffeur kon niet terug van een briefje van vijftig dollar en het muntgeld was ontoereikend. Vraagt opeens zo’n Australiër drie plaatsen achter je in de rij: “Does a dollar work you out, mate?” Natuurlijk pak je dat geld aan en zeg je beleefd dank je wel. Maar dat vindt die man dan weer niet nodig: “No worries, mate.” In Nederland zou je gewoon de busmaatschappij aanklagen dat de chauffeur niet van een briefje van vijftig terug heeft. In Australië kun je dat op je buik schrijven.
Nog zoiets. Nicht Geraldine heeft ons ongevraagd met de auto naar haar broer Colin in Valla Beach gebracht. Wij hadden de treinreis al gepland. Het was een dag rijden. En dan waren we ook nog verplicht uit te rusten in Byron Bay, het oostelijkste puntje van het Australische vasteland. Je hebt daar een schitterend strand, maar die heb je hier veel te veel. In het plaatsje zelf lopen allemaal nephippies. Op elke straathoek staat een muzikant. Kortom, dat volk kun je niet serieus nemen. Neef Colin doet dat in elk geval niet, want hij is nog een hippie van de oude stempel. Hij is drummer en zanger van de Riff Riders, de houseband van de Valla Beach Tavern. De tweede avond dat we er waren, hoorden we al helemaal bij de stamgasten. Iedereen vroeg hoe het ons beviel in Australië en bood ons bier aan. Het is daar onmogelijk om lekker met een colaatje in een hoekje te gaan zitten.Om overdag ook wat te doen te hebben, leende Colin een visboot van een vriend. Alle inwoners van Valla Beach, vijfhonderd ongeveer, zijn trouwens bevriend met Colin. Privacy, vergeet het maar. Koen ving meteen een pijlstaartrog. Die heeft, zoals bijna alle Australische vissen, levensgevaarlijke stekels. Aan zo’n rog heb je dus niks. Colin kieperde hem meteen overboord. Op de kant van de kreek zagen we nog een stuk of acht kangoeroes. Maar in dit land stikt het van de wilde dieren. Bang van mensen zijn die niet. Ze komen akelig dichtbij.
Intussen zijn we weer in Sydney. Neef John heeft ons in de Rocks mee op kroegentocht genomen. De ene pub is daar nog ouder dan de andere, 150 jaar is niks. Op de gevels van drie verschillende cafés staat geschreven dat het de alleroudste van Australië is. Nou ja, voor oude kroegen kun je beter in Nederland blijven. We eindigden bij het Opera House. Daar staan op een groot terras wel duizend man een biertje te drinken. Je hebt er de ruimte, maar het is veel te druk natuurlijk. Sta je daar eind februari – 23 graden – naar de zonsondergang te kijken bij de Harbour Bridge; in Nederland is het dan tien uur ’s morgens. Geen spoor meer te bekennen van Stapel en Ten Damme trouwens. Die hebben het natuurlijk helemaal gehad met dat Zwitserlevengevoel. Ik ga ook weer vlug naar huis. Koen niet. Dat is een bikkel, die blijft hier zeker nog tot eind april afzien.

Peter de Leeuw
Sydney, 27 februari 2011

Reacties

{{ reactie.poster_name }}

Reageer

Laat een reactie achter!

De volgende fout is opgetreden
  • {{ error }}
{{ reactieForm.errorMessage }}
Je reactie is opgeslagen!